Verslag CBL-activiteiten 2020
Dankzij de financiële bijdrage en steun van De Duurzame Levensmiddelenketen Stichting Ecoverpakkingen heeft het CBL ook in 2020 tal van activiteiten kunnen ontplooien voor duurzame producten en een duurzamere bedrijfsvoering van supermarkten en foodservicebedrijven.
2020 was een bijzonder jaar dat vooral in het teken stond van de coronacrisis. De supermarkten waren een van de weinige bedrijven die open bleven voor publiek voor de dagelijkse boodschappen. De druk op de winkels was enorm door het sluiten van de horeca en bedrijfsrestaurants. Dit heeft een groot beslag gelegd op de personele inzet en de focus van bedrijven op het primaire proces. Tegelijkertijd zag de foodservice-achterban van het CBL een dramatische terugval in omzet, en moesten alle zeilen worden bijgezet om het hoofd boven water te houden.
Desalniettemin is op gebied van verduurzaming van het assortiment en de bedrijfsvoering doorgewerkt aan de reeds gemaakte afspraken en commitments en is de agenda voor meer maatschappelijk verantwoord ondernemen op gebied van verbetering van ketensamenwerking, dierwelzijn, energiegebruik, verpakkingen en sociale verduurzaming onverminderd doorgezet. Een bijzondere prestatie in deze bijzondere tijden. De steun van De Duurzame Levensmiddelenketen Stichting Ecoverpakkingen heeft in grote mate bijgedragen aan het in 2020 bereikte resultaat.
Duurzame keten
Veel duurzamere producten zijn tot stand gekomen door duurzamer werken door leveranciers en boeren en tuinders. Ook duurzamer geproduceerd veevoer levert een belangrijke bijdrage aan een betere wereld. Daarom werkt het CBL samen met de andere brancheorganisaties in de voedselketen: Nevedi (veevoer), LTO Nederland (boeren en tuinders) FNLI (fabrikanten) en Veneca (catering) in de Alliantie Verduurzaming Voedsel (AVV). De AVV initieert, jaagt aan, en voert projecten uit waar alle schakels in de keten een bijdrage aan leveren. Het ministerie van LNV is een belangrijke partner van de AVV. Met het Ministerie van LNV is in 2020 constructief samengewerkt aan het verder invullen van een grootschalig project voor verduurzaming van de veehouderijketens. Het ministerie kiest weer meer voor een marktgerichte benadering. Naast de verduurzaming van dierlijke productieketens, zijn ketentransparantie en biodiversiteitsherstel onderwerpen op de agenda voor het CBL en haar ketenpartners. Al deze projecten en initiatieven kunnen niet zonder betrokkenheid van de gehele keten en de AVV is hierbij een drijvende kracht.
Deltaplan Biodiversiteitsherstel
Het CBL heeft samen met ketenpartners en andere stakeholders in de groep Kwartiermakers in 2020 verder gewerkt aan het Deltaplan Biodiversiteitsherstel. Opgaven voor de toekomst van het platteland komen bij elkaar: natuur-inclusieve landbouw, ecologisch en economisch duurzame landbouw, zorgen over handhaving van kwaliteit van het nationaal netwerk van natuurgebieden, veranderende wensen van consumenten, producenten en keten, en veranderingen in het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid van de EU. Voedsel, en de grondstoffen voor voedsel, worden voor een groot deel geproduceerd door agrarisch ondernemers op het Nederlandse platteland. Het betreft groenten en fruit, akkerbouwproducten als aardappelen, granen en suikerbieten maar ook zuivelproducten uit de melkveehouderij. Voor de continuïteit van de voedselproductie is het van belang dat natuur en milieu op de landbouwgronden zoveel mogelijk worden ontzien en de bodem weerbaar en gezond blijft. Supermarkten en foodservicebedrijven betrekken verbeteringen van biodiversiteit steeds vaker in de afspraken met leveranciers.
IMVO-Convenant Voedingsmiddelen
In 2020 is de uitvoering van de afspraken in het IMVO-Convenant Voedingsmiddelen volop doorgegaan. Samen met ngo’s, vakbonden en de overheid maken supermarkten en foodservicebedrijven voortgang met de sociale verduurzaming van ketens. Door de vele personele wisselingen bij veel convenantspartners (ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, het ministerie van Buitenlandse Zaken, de vakbonden, ngo’s en de FNLI) is het van belang dat eenduidig en helder gecommuniceerd blijft worden en dat de verwachtingen blijven sporen met de afspraken zoals vastgelegd in het convenant. De focus voor het CBL binnen het IMVO-Convenant is om projecten op te starten op gebied van Leefbaar Loon in productieketens in ontwikkelingslanden. Samen met het Initiatief Duurzame Handel (IDH) is het eerste Leefbaar Loon-project gestart in de bananenketen. Ook is het CBL in 2020 een project gestart met de vakbonden FNV en CNV om de risico’s gerelateerd aan arbeidsomstandigheden in de Zuid-Italiaanse tomatenteelt- en producten in beeld te brengen. Publiciteit en sociale druk over uitbuiting van werknemers en slechte arbeidsomstandigheden in de tomatenteelt in dat deel van Europa is de aanleiding voor het CBL om samen met de vakbonden in beeld te brengen hoe de situatie is. Meten is weten. Hiermee is onze branche de eerste en tot nu toe enige met concrete projecten om uitvoering te geven aan de convenantsafspraken. Daarnaast is de afspraak nagekomen om IMVO-Risicomanagement (due diligence) op basis van de 10 zogenaamde essentiële vragen uit de OESO-Richtlijnen uit te voeren. Supermarkten zijn hiermee hard op weg naar het voeren van een risicomanagementbeleid voor Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen conform de OESO-Richtlijnen.
Ook buiten het IMVO-Convenant Voedingsmiddelen zijn de CBL-leden gezamenlijk bezig met het verduurzamen van internationale ketens. Zo hebben diverse supermarkten samen met het CBL in het najaar van 2020 het keteninitiatief Dutch Initiative on Sustainable Cocoa (DISCO) ondertekend. Binnen dit initiatief wordt samen met diverse ketenpartijen, de overheid en ngo’s gewerkt aan het tegengaan van kinderarbeid en ontbossing en het garanderen van een leefbaar inkomen in de cacaoketen.
Uitvoering CBL-Klimaatplan
Supermarktorganisaties en foodservice bedrijven willen de milieu-impact van de branche verminderen. Het reduceren van de CO2 -uitstoot in de keten is daarmee een belangrijk speerpunt. De meeste winst wordt behaald door voedselverspilling te voorkomen en waar dat niet kan zo hoog en duurzaam mogelijk verwaarden. Daarnaast stimuleren supermarkten en het CBL duurzaam verpakken en hergebruik van verpakkingsmaterialen, waar dat de duurzame optie is. Tegelijkertijd wordt de CO2-uitstoot beperkt door efficiënt om te gaan met energie en gebruik te maken van duurzame energie. Nieuwbouw en renovatie van winkels en distributiecentra gebeurt altijd volgens de laatste stand van de techniek en innovatie in energiebesparing. Het CBL rapporteert jaarlijks over de behaalde resultaten. Supermarkten hebben in de periode 2010-2019 22% efficiëntie gerealiseerd. De totale CO2-besparing in de periode 1995-2019 bedraagt ruim 1 miljoen ton CO2. Deze besparing staat gelijk aan de jaarlijkse CO2-uitstoot van 542.232 auto’s, en is vergelijkbaar met ruim 51.000.000 bomen die een jaar lang moeten groeien. Sinds de eerste meting in 1995 gaat de supermarktsector 41,6% efficiënter om met energie. Supermarkten nemen diverse maatregelen om hun energieverbruik te reduceren en te verduurzamen. Zo koopt een groot aantal supermarktketens duurzaam opgewekte energie in. Uit de rapportage in 2020 blijkt dat dit 757 miljoen kWh bedroeg. Ook investeren supermarkten in het gebruik van koelingen en vriezers met natuurlijke koudemiddelen. Hiervan ontsnapt een deel en dit zorgt indirect weer voor meer CO2-uitstoot. In 2019 is er totaal 49% minder verlies van koudemiddelen gemeten. De verwachting van het CBL is dat er in 2025 circa 59% CO2-reductie gerealiseerd is ten opzichte van 1995. Hiermee ligt de branche ruim voor op de kabinetsdoelstelling van 49% minder CO2-uitstoot ten opzichte van 1995 in 2030.
Tegengaan van voedselverspilling
Supermarkten maken zich sterk voor het tegengaan van voedselverspilling. Het CBL heeft, samen met haar leden, de doelstelling om in 2030 de wereldwijde voedselverspilling in de keten per persoon per jaar gehalveerd te hebben, ten opzichte van 2015. Deze doelstelling is in lijn met het VN-doel SDG 12.3.
Om te weten waar we staan en de focus van onze acties te bepalen, hebben supermarkten door de Wageningen Universiteit laten onderzoeken waar de meeste voedselverspilling is de bedrijfsvoering van supermarkten plaatsvindt. Uit het onderzoek blijkt dat 1,7% van al het voedsel in de supermarkt niet bij de consument terecht komt. Dit onderzoek, de Zelfmonitor, is uitgevoerd door supermarkten, het CBL, Wageningen Universiteit & Research en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit onder de noemer ‘Samen tegen Voedselverspilling (STV)’. Door in kaart te brengen welke soorten voedsel het meest ‘weggegooid’ worden, is inzichtelijk op welke onderdelen actie moet worden ondernomen. Het resultaat en de verdeling van verspilling naar de verschillende productgroepen is weergegeven in de volgende figuur.
Verder werken alle supermarktorganisaties samen met de Voedselbanken. Producten die tegen de houdbaarheidsdatum lopen, worden gedoneerd aan mensen die aangewezen zijn op hulp van de Voedselbank.
Om voedselverspilling te voorkomen stemmen supermarkten inkoop en verkoop van producten zo goed mogelijk op elkaar af. Ook zijn diverse initiatieven op de winkelvloer zichtbaar. Zo maken diverse supermarkten het aantrekkelijker om producten die dichtbij de THT-datum zitten te kopen en worden reststromen gebruikt in nieuwe producten of in veevoer.
Duurzaam verpakken en hergebruik stimuleren
In 2019 is het brancheplan Duurzaam Verpakken door de bedrijven vastgesteld. Het streven is dat in 2030 er minder verpakkingsmateriaal in de winkel is, het verpakkingsmateriaal recyclebaar is of afkomstig van een duurzaam bron. Verdere afspraken zijn dat in 2025 plastic verpakkingen voor 50% rPET zijn geproduceerd, papier en karton zijn in 2025 voor 100% FSC/PEFC gecertificeerd, zwerfafval wordt voorkomen door bijvoorbeeld niet automatisch een kassabon mee te geven en ondernemers actief te stimuleren de omgeving van de winkel vrij te houden van zwerfafval (“25-meter”-regel), design for recycling als leidend principe voor productontwikkeling, 100% weggooi- en recyclingslogo op het etiket en wil de branche alternatieven voor single-use plastics toepassen. In 2020 is het Zichtboek Duurzaam Verpakken gepubliceerd waarin de best-practices zijn weergegeven.